Veelgestelde vragen – kandidaat-vrijwilligers
Een lokaal team van opgeleide vrijwilligers dat door het lokaal bestuur geactiveerd kan worden bij nood- of crisissituaties, ter ondersteuning van de professionele hulpdiensten. De gemeentelijke vrijwilligerskorpsen zijn een initiatief van Vlaams Viceminister-president Hilde Crevits in samenwerking met Rode Kruis-Vlaanderen (RKV).
Vrijwilligerskorpsen ondersteunen professionele hulpdiensten. Ze zijn complementair aan bestaande hulpverleningssystemen. Waar gespecialiseerde hulpverleners onmisbaar zijn bij rampen, zijn tegelijkertijd ook vele handen nodig voor andere administratieve, en logistieke taken. Vrijwilligerskorpsen kunnen ingezet worden voor bijvoorbeeld voedselbedeling, opkuis na een overstroming, zandzakjes vullen bij overstromingsgevaar, opvanglocaties helpen inrichten,… Ze treden nooit in de plaats van de reguliere hulpverleners. Hen bovendien opleiden in Eerste Hulp draagt bij tot het creëren van een meer zelfredzame bevolking.
Rode Kruis-Vlaanderen speelt een centrale rol in de oprichting en coördinatie van vrijwilligerskorpsen. RKV is onder andere verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de crisistool, registratie en opleiding van de vrijwilligers, en zorgen voor 24/7 permanentie zodat elke hulpvraag meteen behandeld wordt.
Een hulpvraag wordt geactiveerd zodra voldaan is aan volgende vier toetsingscriteria:
Voorbeeld 1 – gevalideerde hulpvraag: Door overstroming zijn enkele straten onbegaanbaar en ouderen raken hun woning niet uit. (Motivatie: acute nood, maatschappelijke impact, inzetbare en veilige rol van vrijwilligers, geen exclusieve bevoegdheid van professionele hulpverleners).
Voorbeeld 2 – geweigerde hulpvraag: een gemeente wil vrijwilligers inzetten om een sportzaal op te ruimen na een fuif. (Motivatie: geen acute nood, geen maatschappelijke impact).
Neen. Het vrijwilligerskorps is een aanvulling, geen vervanging. De vrijwilligers voeren ondersteunende en complementaire taken uit en zorgen voor maatschappelijke impact op lokaal niveau. Ze treden nooit in de plaats van de reguliere hulpverleners.
Rode Kruis-Vlaanderen: crisisvrijwilligers@rodekruis.be
De minimumleeftijd is 16 jaar. Je moet bovendien een blanco strafblad kunnen tonen. Als vrijwilliger dien je bereid te zijn een basisopleiding (1,5 dag) en een jaarlijkse bijscholing te volgen. Na het volgen van de basisopleiding is de vrijwilliger lid van het vrijwilligerskorps en kan deze worden opgeroepen bij noodsituaties.
Elk lokaal bestuur kan beslissen om een vrijwilligerskorps op te richten met een minimale omvang van 10 leden. De Vlaamse overheid voorziet in een eerste fase in financiering voor de uitbouw van een gemeentelijk korps tot maximaal 80 leden. Lokale besturen die een groter korps wensen uit te bouwen, kunnen vanaf het 81ste lid de verplichte basisopleiding met eigen middelen financieren. De bovengrens van 80 leden zullen we elk jaar evalueren.
Ja. Bij inzet via de crisistool vallen leden van het vrijwilligerskorps onder de RKV-verzekeringen voor burgerlijke aansprakelijkheid (BA) en lichamelijke ongevallen (LO). Ook tijdens de opleiding, bijscholing en simulatieoefening zijn de leden van het vrijwilligerskorps bij RKV verzekerd.
In geval van een hulpvraag voor spontane hulp – waarbij ook niet-opgeleide burgers kunnen helpen – zijn de vrijwilligers ook verzekerd, indien de hulpvraag gelanceerd werd via de crisistool en gevalideerd werd door RKV.
Vrijwilligerskorpsen kunnen in tijden van crisis een waardevolle aanvulling zijn op onze reguliere werking. De korpsvrijwilligers zijn dus complementair aan de reguliere hulpdiensten en treden nooit in de plaats. Ze voeren complementaire taken uit en lopen dus niet samen met Rode Kruis-vrijwilligers. Ze lopen ernaast, en naast de andere Disciplines. Ze zullen ook nooit gemengd worden. Elk heeft zijn eigen taken, en zijn eigen sturing. Doordat korpsvrijwilligers de meer praktische (administratieve, logistieke, operationele) hulp bieden, kunnen Rode Kruis-vrijwilligers zich focussen op de meer gespecialiseerde taken waarvoor zij opgeleid zijn.
De vrijwilligerskorpsen vallen niet binnen de afdelingswerking. Ze worden niet aangestuurd door de afdelingsvoorzitter, maar wel door het lokale bestuur. Het zijn gemeentelijke vrijwilligers, die enkel worden opgeroepen op vraag van het lokale bestuur.
De basisopleiding EHBO (hybride: ½ dag via e-learning + 1 dag op locatie) bevat onder meer;
Het digitale gedeelte (e-learning) dient afgelegd te worden vóór de opleidingsdag op locatie.
Het vrijwilligerskorps voert administratieve, logistieke en operationele taken uit, die complementair zijn aan de bestaande hulpverleningssystemen. Door hen op te leiden in Eerste Hulp dragen we bij tot het creëren van een meer zelfredzame bevolking.
Het digitale gedeelte (e-learning) wordt afgesloten met een meerkeuzetest. Indien u niet slaagt voor deze test, kan u deze onbeperkt opnieuw proberen invullen. Voor de opleiding op locatie geldt permanente evaluatie en is er geen examen of test.
Kandidaat-vrijwilligers die een geldig EHBO-attest behaalden, dat door Rode Kruis-Vlaanderen als gelijkwaardig wordt beschouwd, kunnen een vrijstelling krijgen. Voor hen wordt enkel de jaarlijkse bijscholing en simulatie-oefening gefinancierd.
Een hulpvraag kan worden ingediend door de gemeente (burgemeester of noodplanningscoördinator). De gemeente lanceert de hulpvraag via de crisistool en belt naar ons nummer 105. Rode Kruis-Vlaanderen voorziet 24/7 permanentie door een coördinator, zodat elke hulpvraag meteen opvolging krijgt. RKV valideert hulpvragen en alarmeert de korpsvrijwilligers, op vraag van de gemeente. Enkel de gemeente heeft het beslissingsrecht om het korps op te roepen. RKV zal ondersteunen bij de praktische alarmering van het vrijwilligerskorps. Op het terrein wordt de operationele sturing opgenomen door de daar aanwezige actoren van de gemeente, die het terrein goed kennen. Indien gewenst en nodig, kan de crisiscoördinator ook ter plaatse komen.
Het lokale bestuur is verantwoordelijk voor het voorzien van PBM’s. RKV voorziet enkel een hesje (voor leden van het vrijwilligerskorps) voor de herkenbaarheid op het terrein.